Onze kernwaarden

Onderdompeling

Wij geloven in de kracht van maximale blootstelling aan de te leren vreemde taal door zo veel mogelijk betekenisvolle input

Dit is volgens ons de eerste belangrijke randvoorwaarde voor een effectief leerproces..... 

Het zoveel mogelijk vermijden van de moedertaal is hierbij cruciaal omdat de moedertaal vaak zorgt voor extra cognitieve belasting bij taalproductie. Beter is om betekenis te geven door grafische, contextuele, visuele of situationele ondersteuning (plaatjes, omschrijvingen, drama of  gebaren). Het is beter om te beginnen met weinig taal die veel herhaald wordt waardoor de leerling snel een actieve woordenschat ontwikkelt en veel zelfvertrouwen krijgt in het eigen kunnen.

Doeltaalgebruik

Wij geloven in de kracht van doeltaalgebruik in de les omdat het leerlingen in staat stelt om de doeltaal actief te gebruiken.

Dit zien wij als de tweede belangrijke randvoorwaarde voor een effectief leerproces.....

Als leerlingen hun spreekangst verliezen doordat ze ervaren dat fouten normaal zijn bij dit leerproces, ontstaat bovendien een veilige setting waarin authentieke interactie kan plaatsvinden en de motivatie van de leerling een extra bijdrage levert aan het leerproces. Verder levert doeltaalgebruik in de les ook veel extra betekenisvolle input en zorgt het voor het noodzakelijke onderhoud van wat al geleerd is (=doeltaal-voertaal).

Impliciet / inductief

Wij geloven dat het beter is om een vreemde taal zoveel mogelijk te laten leren zoals de moedertaal geleerd is met veel input en herhaling.

In de eerste plaats natuurlijk door veel onderdompeling en doeltaalgebruik maar ook.....

.....door kennis van het taalsysteem niet expliciet te bestuderen maar impliciet. Leerlingen zijn heel goed in staat om zelf de meeste regels te ontdekken en vervolgens zelf toe te passen mits er voldoende input is met veel herhaling en maximale gelegenheid voor actief gebruik van de doeltaal. Het feit dat leerlingen op een middelbare school al een taalsysteem geleerd hebben kan ervoor zorgen dat expliciete aandacht voor taalstructuur kan helpen bij het ontwikkelen van taalbewustzijn mits hiervoor een inductieve aanpak gebruikt wordt: eerst automatiseren, dan begrijpen!

Waarom onze visie op taalverwerving?

Het Levende Talen Magazine van maart 2016 schetst een somber beeld van de positie van het vak Frans.

De toegenomen concurrentie van andere “kleine” talen en de exacte vakken, veel gewicht voor kernvakken, de vermindering van het aantal lesuren, de zware weging van de leesvaardigheid en de reputatie van een moeilijk vak, hebben er volgens docenten Frans in Nederland voor gezorgd dat het Frans onder druk staat. In de praktijk zien we een lager eindniveau, een geringere keuze voor het vak in de bovenbouw en afschaffing van het vak in het VMBO. De marktgerichte benadering van scholen waarbij de leerlingen en hun ouders als klant gezien worden, leidt bovendien tot een toename van het belang van landelijk genormeerde toetsen omdat een school zich met deze cijfers kan profileren voor “aanstaande klanten”. Het gevolg is dat docenten meer en meer nadruk leggen op receptieve vaardigheden (vooral leesvaardigheid) terwijl leerlingen liever hun gespreksvaardigheid willen ontwikkelen.

Maar ook recente ontwikkelingen rondom de vernieuwde kerndoelen kunnen een nadelig effect hebben.

Er is tegenwoordig veel aandacht voor cultuurbewustzijn, taalbewustzijn en voor meertaligheid. Dit is een goede ontwikkeling maar kan ook een belemmering vormen voor het ontwikkelen van taalvaardigheid. In onze visie wordt het succes van het onderwijs in de moderne vreemde talen in de kern bepaald door de mate waarin wij er in slagen om de leerlingen in staat te stellen een vreemde taal actief te gebruiken. 

In het Europa van de 21e eeuw is goed en effectief taalonderwijs van groot belang. En dit moet niet beperkt blijven tot Engels.

De verwantschap met de Duitse en Franse culturen is groot en handelsbelangen en culturele betrekkingen maken het noodzakelijk om in deze talen te investeren. De kans dat jongeren in de 21e eeuw met deze beide talen geconfronteerd worden, is groot. Niet alleen op vakantie maar ook in hun werk. En als ze de taal moeten gebruiken, zal het vooral eisen stellen aan hun mondelinge taalvaardigheid. Voorlopig zal de inzet van AI beperkt blijven tot de schriftelijke vaardigheden.

Onze visie op modern taalonderwijs breekt met de traditie van de communicatieve, thematische leergangen zoals die al meer dan 30 jaar gebruikt worden op veel scholen

en die grotendeels georganiseerd zijn rondom taalstructuren en thematische woordvelden. Dergelijke leergangen hebben hun nut bewezen in het aanleren van receptieve vaardigheden en van expliciete grammaticale kennis. Ook hebben ze een belangrijk aandeel gehad in de ontwikkeling van het taalonderwijs van een eenzijdige Grammatica-Vertaalmethode en een even eenzijdige Audio linguale methode in de richting van een communicatieve methode. Maar ze schieten tekort als het gaat om het bereiken van een adequaat niveau van spreekvaardigheid.

Onze visie op vreemde taalverwerving

Lees meer over onze visie op het leren van een vreemde taal die wij baseren op wetenschappelijk onderzoek binnen het vakgebied tweedetaalverving van de laatste decennia

Hoe onze visie zich vertaalt in unieke lesmethoden

Ontdek hoe de lesmethoden van Project Frans het verschil maken in jouw lessen. Wij geloven in een aanpak die verder gaat dan het traditionele studeren en die rekening houdt met wat we ondertussen weten over hoe je een moderne vreemde taal het best leert. Maar we geloven ook in het 'auteurschap' van de docent. Bij traditionele leergangen is de docent vaak uitvoerder van een andere auteur. Dit maakt het werk natuurlijk minder belastend maar het zorgt ook voor frustratie: In onze visie hoort de docent een professional te zijn die zelf keuzes kan maken om in te grijpen in het leerproces en die zelf aan de knoppen kan zitten van het leerproces en van het lesmateriaal. Dat dit meer tijd vraagt van de docent en dat die tijd er niet altijd is, begrijpen wij. Vandaar dat wij twee netwerken hebben opgetuigd, één voor de onderbouw en één voor de bovenbouw, waarbinnen docenten elkaars lesmateriaal kunnen gebruiken en van elkaar kunnen leren.

Leren door te doen

Bij Project Frans geloven we dat je een taal leert door deze te gebruiken, niet door deze te bestuderen. Onze methodieken zijn gebaseerd op drie kernwaarden: onderdompeling, doeltaalgebruik en impliciet/inductief leren. Hierdoor worden de lessen veel leuker en afwisselender: Geen saaie grammaticalessen maar vooral leuke activiteiten en veel werk in tweetallen en in groepen. En altijd in het Frans!

Succeservaring

Onze leerlingen zijn super gemotiveerd omdat ze de taal vanaf dag 1 echt leren gebruiken en meteen succes ervaren waardoor ze het vertrouwen hebben écht iets te leren en na 3 jaar in staat zijn om een gesprek te voeren met Fransen. Dit vertaalt zich in een grotere keuze voor het vak Frans in de bovenbouw.

Geschikt voor elk niveau

Onze lesmethoden zijn geschikt voor algemeen Frans en blinken uit in het niveau van spreekvaardigheid. Met onze methodiek AIM scoren leerlingen in het VMBO ook hoog op de eindexamens en bereiken ze in de onderbouw HV een goed basisniveau (A2) waarmee leerlingen zich kunnen redden in Frankrijk. Na 2 of 3 jaar met onze bovenbouwmethodiek FEA hebben ze minimaal niveau B1 bereikt.

Elke docent auteur

Wij geloven in de kracht van de docent als architect van de eigen les. Dit geeft veelmeer voldoening dan het werk van een andere architect te volgen. En wees eerlijk: Er is ongelofelijk veel lesmateriaal beschikbaar op internet. De kunst is alleen om het te vinden en eventueel gebruiksklaar te maken. Maar door dit samen te doen in netwerken en veel uit te wisselen, is auteurschap voor elke docent mogelijk.

"Op vakantie in Frankrijk, had mijn zoon (2 jaar Frans met AIM) zijn arm gebroken en toen ik niet verder kwam met mijn Frans in het gesprek met de arts, nam hij het gesprek moeiteloos over"

een oud-leerling (met 5 jaar Frans)